Oud Hengelose Es en Achterhoek

barske1a
De heer  Barské woonde al sinds 1929 aan de Uitslagsweg 98b, waar voor hem zijn ouders en ook zijn grootouders hebben gewoond.
Op een sneeuwachtige ochtend in maart zoek ik hem op, en na mijn verbazing te hebben uitgesproken over de mooie ruimte om zijn huis komen we ter zake.
De heer Barské, verteld o.a.  dat hij voor, het tijdschrift Oald Hengel een serie van drie artikelen heeft geschreven.
Na het lezen van deze artikelen en de toestemming te hebben verkregen van de redactie van Oald Hengel, leek het mij leuk, u in drie opeenvolgende uitgaven en een afsluiting in de kersteditie  hiervan ook te laten genieten.

Uitslag

Erve Uitslag


In 1929 verhuisde ik met mijn ouders en mijn grootvader en grootmoeder naar het huis aan de Uitslagsweg.
Ik was 4 jaar en ik herinner me de verhuizing nog heel goed. We verhuisden met paard en wagen van de stalhouderij Wilmink, onder aan de wagen hing een bak met daarin het serviesgoed. De bak kon heen en weer slingeren om te voorkomen dat het serviesgoed zou breken.
Woonden we eerst aan een verharde weg (de Paul Krugerstraat), hier was alleen maar zand en bij nat weer modder.
Het eerste gedeelte vanaf de Achterhoekse molenweg tot aan de Sloetsweg was bestraat. De verlichting bestond uit gaslantaarns. Mooi helder licht. Later werd het elektrisch. Er hebben  ook nog Amerikaanse eiken gestaan, maar die zijn in de loop van de tijd weer verdwenen. Het tweede gedeelte van de Sloetsweg tot de Landmansweg, waaraan wij woonden, was een zandweg met een fietspad. Dit laatste werd door witte paaltjes- deze werden een keer per jaar gewit- gemarkeerd. Er stonden houten elektriciteitspalen langs de weg. Daaraan warende draden op isolatoren geplaatst. Naar elk huis gingen twee draden die boven aan het huis naar binnen gevoerd werden en dan werden aangesloten op de meter. Aan een enkele paal was ook nog een lamp gemonteerd, die, s avonds net genoeg licht gaf zodat je niet in de plassen trapte. Halverwege de weg was de laatste lamp.  De hele buurt heeft toen een handtekeningenactie gevoerd om meer verlichting. Dat werd uiteindelijk gehonoreerd en toen……….. was het mei 1940!

hengeloesoud

De straatverlichting mocht niet meer branden. Aan beide kanten van de weg liep een slootje. Dit was voor het overtollige water van de beek die tussen de Sloetsweg en Landmansweg liep. Als mijn ouders zondags naar de kerk gingen, dan liepen ze, op klompen, tot aan de Sloetsweg. Bij winkelier Punt werden de klompen dan verwisseld voor de meegenomen schoenen.
Weer voerde de buurt actie! Deze keer ging het om het verharden van het fietspad langs de weg. Dat is er omstreeks 1935 gekomen. Een grote vooruitgang. Toch duurde het nog tot 1959 voor ook het laatste deel bestraat werd.
Om de zandweg te verlossen van kuilen en gaten werden deze gedicht met sintels. Deze kwamen van de fabrieken en het Twentsch Centrale Station (T.C.S.), de voorloper van de IJsselcentrale.
Deze sintels waren in de loop der jaren een compacte massa geworden. Voor ons, kinderen die op straat speelden, was vaak het gruis de boosdoener bij valpartijen.
Toen in 1959 de zandweg zou worden bestraat en voorzien van riolering, moest deze laag worden verwijderd. Maar er werd ook dieper gegraven en menige boomstobbe kwam te voorschijn. Die bomen hadden er gestaan toen de Uitslagsweg nog Hasselervoetpad heette. Maar dat was voor 1920.
Spelen en spelletjes.
Als jeugd hadden wij in onze buurt veel gelegenheid om te spelen. Wat nu het Weusthagpark is, heette vroeger van Alphenbos. Daar mocht je alleen maar in met een wandelkaart en die had mijn Opa. Je bleef netjes op de paden zoals dat hoorde. Er stonden nog lighallen. Daarin lagen mensen die t.b.c. hadden of gehad hadden en moesten aansterken. 's Ochtends werden ze gebracht en 's avonds gingen ze weer naar huis.
SANATvillabruggetje(VDSAR)
Foto archief mevr. v.d. Sar

Het verplegend personeel was gehuisvest in het daarbij behorende huis, nu bewoond door Dr. Van der Sar. Het bos had twee gedeelten een deel met dennen en het andere met loofbomen.
In de oorlog 1940-1945 zijn veel dikke en dunne bomen gesneuveld om warmte te geven en eten te koken. Helaas is na de oorlog het bos niet in zijn oude glorie hersteld.
Zwemmen
Zwemmen kon je in twee baden, Weusthag en Castorbad. Deze waren beide zeer populair.
Maar ook de Houtmaat had aan het eind van de jaren 30 een zwemgelegenheid.
Je kon hier ook vissen en wilde je voor beide evenementen een kaart dan kostte dat
Fl. 4,00 per jaar. Dat was een heel bedrag.
In de winter kon je er ook schaatsen en 's avonds werd de vijver dan verlicht met benzinelampen.

HOUTzwemmen

Zwemvijver de Houtmaat, foto dhr. Groothuis

Ook op de Eggepoel werd er wel geschaatst. Dat was achter de villa van Stork bij de Dennebosweg.
Heldere Bekske
Het vrije veld intrekken was ook een mogelijkheid en in de vakanties gebeurde dat vaak. In het heldere beekje bij de Dijksweg zwommen katvisjes. Een oud stukje vitrage, rondgebogen ijzerdraad vastgemaakt aan een stuk bonenstok en klaar was je schepnet.
Was je bij al dat spelen wel op tijd thuis?
Op straat was dat geen probleem.
Als de vaders thuis kwamen van het werk was het etenstijd. De schafttijd was van twaalf tot half twee. De steenfabriek van Rientjes gaf ook om 12.00 uur en 17.50 uur het sein einde werktijd. Voor ons een teken om huiswaarts te keren, dan waren we gelijk met pa aan tafel.
Grote vakantie
Als de grote vakantie was aangebroken (half juli tot half augustus) dan was het vliegertijd. Bij de timmerman bedelde je om een paar latjes en dan ging met je eigen gemaakte vlieger het veld in als het gewas was geoogst.
De Troelstrastraat was niet vol gebouwd en een uitstekend terrein om te vliegeren. Er waren ook een paar "voetbalveldjes". Soms speelden we tegen andere straten maar meestal onderling. Goalpalen hadden we niet maar wel een trui of iets dergelijks, twee bultjes waren dan het doel.
Als je maar plezier had.

plantsoen_achterhoekse_molenweg

Plantsoen Achterhoekse Molenweg

Voor 1940 bestonden er al plannen om in de omgeving van de Hengelose Es meer woningen te bouwen. Dat was in onze jongensjaren al goed merkbaar tussen de Troelstrastraat en de Achterhoekse Molenweg. Men kon vanuit de Beukschool de Bornsestraat zien.
Een grote vlakte met een weggetje dat van de Bornsestraat (bij bakker Exterkate) naar het Lutjeveld over de Es liep. Paasvuren hebben er gebrand en menig partijtje voetbal is er gespeeld.
Begin 1940 waren er al huizen aan de Troelstrastraat gekomen en na 1945 werd de rest volgebouwd.

beukweg_1960

Beukweg anno 1960

Kaplust
De Uitslagsweg kwam in 1958 aan de beurt. Ook toen werd er al geklaagd over de kaplust van de gemeente. Bij de boerderij van de gezusters Jansen aan de Landmansweg stonden prachtige beuken. Een eindje verder een dikke beuk en in de wei een wal met eiken. Alles weg.
Zoal ik al eerder schreef hadden wij ook een beekje. Met de aanleg van de nieuwe straat werd deze gedempt. Alleen de afwatering functioneerde toen niet meer en de nieuwbouw achter onze woningen moesten van drainage worden voorzien. Ook onze tuinen waren natter geworden.
Tot zover over de Uitslagsweg.
Bekijken we heden ten dage het omschreven gebied dan is er veel veranderd. De Bornsestraat heeft vanaf de Hölterweg alleen maar kaalslag. Vele bomen zijn gekapt. Waarom? Idee?
Als bedrijven zich op het bedrijventerrein Westermaat willen vestigen moeten ze de bomen er bij kopen. Goed voor het milieu.!!!!!
Winkels en Venters
Soms praten we nog weleens over de kruideniers op de hoek, toen heel gewoon.
Bij het balans opmaken van hoeveel zaken of bedrijven er waren, heb ik 70 winkels geteld.
Ik ben begonnen in 1925 tot ongeveer 1945.
Het snoepwinkeltje van Calweg aan de Bornsestraat was voor ons bijzonder. Dikke zuurballen, toverballen of drop. Maar ook 2 steken voor 1 cent. Alles even lekker.
De kruideniers waren vaak verenigd in een inkoopcombinatie. Goedkoop inkopen. De Sperwer was één van deze. Een ander was de Spar.
Herinnering aan deze Spar, bij het 1 jarig bestaan konden kinderen 1 dagje uit naar de “Zee op de heide”in Boekelo. ( bad Boekelo) Met de trein gingen we er heen circa 1935. Voor ons was dit een onvergetelijke dag.
WLandman_1928
W. Landman Dennenbosweg 1928

De kruidenier bediende zijn klanten in de winkel maar haalde ook het boodschappenboekje op en enkele dagen later werden dan de boodschappen thuis bezorgd. Dit was vooral bedoeld voor mensen die ver weg woonden. Er waren kruideniers met paard en wagen. Zij gingen de klanten langs en verkochten zo direct het benodigde.
Dit systeem hanteerden ook de melkboer, de bakker en de kolen- en petroleumman.
Rademaker
Niet alleen van Hengelose Melkfabriek en van de Volharding zag je venters, maar ook van de omliggende plaatsen.
Naast de zelfstandige bakkers waren er ook twee grote bakkerijen.De Coöperatie aan de Willem de Clerqstraat en de andere van de Concurrent aan de Berfloweg. De bakkers en de melkboeren ventten door de hele stad. Zo kon het gebeuren dat er drie verschillende  melkventers en bakkers in de straat kwamen bezorgen. Bij ons kwam bakker Pierik.

bakkerij-coop

Bakkerij van de Cooperatie, Willem de Clerqstraat

Energie
Tegenwoordig hebben we aardgas en elektriciteit. Vroeger was elektriciteit alleen voor verlichting. Na 1945 kwam het elektrisch koken (vooral daar waar nog geen gas aanwezig was) in opgang. In de stad zelf was stadsgas dat werd geleverd door de gasfabriek aan de Twekkelerweg. Omdat bij ons in de weg nog geen gasleiding lag werd er op een fornuis gekookt. Alles wat brandbaar was werd in het fornuis verbrand. Om langer een goede gloed te hebben was turf of een briket ideaal.
Om een ketel water aan de kook te brengen gebruikte je ook een petroleumstel. Die bestonden uit een of meerdere pitten.
Verwarming met een petroleumkacheltje was ideaal, alleen moest je uitkijken voor walmen.
Dat moeilijk van muren en schilderwerk te verwijderen was. Bekende petroleumventers waren Geerdink, die voor Texaco werkte en Hoek voor de Automaat. De laatste had een kinderkrantje. Daarin stonden de avonturen van Pijpje Drop een negerjongetje. Voor de verwarming van het huis had je een kachel. Deze werd gestookt met alles wat brandde en briketten. Elke woning had een kolenkist. Vast aan het huis en van steen. In het najaar werd deze volgestort met kolen en daar moest je dan de winter mee door. Turf werd gebruikt voor het aanmaken, harde turf voor verwarming.
Scholen
In het door mij beschreven gebied stonden in de jaren '30 drie scholen nl. Beukweg, Leusveenschool en Wilbert. De eerste twee waren oude scholen, terwijl de Wilbert begin jaren 30 gebouwd was. Deze school had alleen maar klaslokalen op de begane grond en een gymlokaal.
De andere twee hadden ook boven lokalen.
De klassen waren hoog. Ook de ramen waren zo hoog zodat wij als kinderen niet op de straat konden kijken.
De straat voor de school was geasfalteerd, omdat de wagens van de melkboer etc. op de straatstenen te veel lawaai zouden maken.
Vanaf de bovenlokalen van de Beukschool kon je over de Hengelose Es kijken tot aan de kruising Bornsestraat-Troelstrastraat-Weideweg

Noot redactie: Bovenstaande was uit: ”Oald Hengel” 1996 nr.1, 2,3.
Als afsluiting van de drie afleveringen van Oud Hengelose Es/Achterhoek van de heer Barské, brengt Tineke Kusters  hem nog een bezoekje om te vragen naar zijn bevindingen.

"Ik heb niet veel reacties gehad, maar ik denk dat de mensen het wel leuk gevonden hebben, want anders hadden ze vast gereageerd.
Als ik vertel dat we deze afsluiting in de Kersteditie willen plaatsen heeft hij nog een leuke herinnering die hij met u wil delen.
Het zijn delen uit zijn dagboek dat hij bijhield in de tijd dat hij met  “onze jongens” in Indonesië zat. "
Aldus Tineke Kusters

barske2
foto uit archief van dhr. Barské
Dagboek
Kerst: Oud/Nieuwjaar 1946/1947

Veel gebeurd. Keuring. Oproep militaire dienst. Training.
Boottocht 4 weken naar Nederlands Oost Indië.  Ongeveer 8 weken op Java en dan is het Kerstmis. Geen sneeuw, alles groen. Kerstboompje georganiseerd.
Tijdens de jaarwisseling schieten we onze geweren leeg en daarom moest de wacht  opnieuw bevoorraden.
Kerst: Oud/Nieuwjaar  1947/1948

De 1e politionele actie is geweest en we hebben Buitenzorg ( Bogor) verlaten.
De tweede divisie is ook hier gekomen.

Mijn speelmakker en buurtjongen van vroeger, Gerard Lette, is gestationeerd op Oost Java. Helaas heb ik van zijn commandant in oktober een brief gekregen, dat hij gewond is geraakt. Wel een goede verzorging heeft gehad bij de “vijand” maar hij is gestorven. Dat doet je heel veel.

Van de NIWIN kregen we allemaal een pakket en natuurlijk post van thuis. De jaarwisseling was niet zo spectaculair als het vorig jaar.
Kerst: Oud/Nieuwjaar 1948/1949

Ook de 2e politionele actie heeft al plaats gevonden. We zijn weer verhuisd. Nu zitten we in de “bergen” ong. op 1000 meter hoogte. Overdag normale temperatuur en 's nachts koud.
Tijdens de wacht een dikke trui aan.

Alle afgelopen Kerstdagen van 1946, 47, 48 en 49 werd er veel aandacht besteed aan het Kerstdiner. Voortreffelijk.
Kerst: Oud/Nieuwjaar 1949/1950
Weer verhuisd. Nu het Bantamse in.
Een dienstvriend is tijdens het konvooi gesneuveld. De motorordonnans verongelukt. We weten nu: we gaan dit jaar naar huis. In oktober was het zover, in november op de boot. Op 17 december, na 38 maanden in de tropen, terug in Nederland.

Die Kerst en Nieuwjaarswisseling was heel anders dan de jaren daarvoor. Veel vrienden die al getrouwd waren, zagen toen voor het eerst hun kind. Voor de kinderen, inmiddels 2½ jaar was Papa de man op een foto.

Nu ishet 2006.
Brieven schrijven wordt minder.
Alles gaat met GSM of per e-mail. Wij zongen ginds ook al “Vrede op Aarde” en dit jaar doen we het weer. Laten we het eens  proberen dicht bij huis. De straat, de buurt, enzovoort, het is een klein begin.

Van een deel van mijn herinneringen hebt u dank zij deze serie artikelen kennis kunnen nemen.
Ik hoop dat ik u er een plezier mee heb gedaan.


C. Barské.
 
Barske_3
Dhr. Barské, foto redactie